Wal's Genealogie
Aantekeningen
Treffers 951 t/m 1,000 van 7,896
# | Aantekeningen | Verbonden met |
---|---|---|
951 | Gevonden in de kerkelijke registers van de Rooms Katholieke kerk in Harlingen m.b.t. dopen. 29 octobris - Catharina fil. lag Pieter Weesen et gesina Harmens. Susc Catharina Jurien Claassens. | Weesen, Catharina Pieters (I1196)
|
952 | Gevonden in de kerkelijke registers van de Rooms Katholieke kerk in Harlingen. Aldaar is vermeld de datum 31 december en de naam Catrina Pieters Wezen | Weesen, Catharina Pieters (I1196)
|
953 | Tenminste nog één levende persoon is verbonden aan deze aantekening - detailgegevens worden niet weergegeven. | Levend (I1080)
|
954 | Gezien doop van gelijknamige zuster op 21 juli 1803 vermoedelijk zeer jong overleden. | van der Zee, Anna (I3984)
|
955 | Harmen was evenals zijn ouders en broers en zusters werkzaam als wafelbakker in een kraam op de kermis. De diverse kinderen zijn bijna allemaal geboren in de kraam op een of andere kermis. Vanaf de geboorte van zoon Wibertus Antonius komt het beroep van inlandse kramer voor. Harmen is in die tijd blijkbaar iets anders gaan doen. | Visser, Hermanus Johannes (I1161)
|
956 | Heden acht januari negentien honderd twintig verscheen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Rilland-Bath in het openbaar in het huis der Gemeente, ten einde een huwelijk aan te gaan: Franciscus Alexius van Pul oud vijf en twintig jaar, van beroep timmerman geboren te Huijbergen en wonende te Rilland-Bath, ongehuwde meerderjarige zoon van Martinus van Pul, oud twee en vijftig jaar, van beroep veldarbeider en van Elizabeth Damen, oud negen en veertig jaar, zonder beroep, beiden wonende te Rilland-Bath en Johanna Christina Kalle oud acht en twintig jaar, van beroep zonder geboren te Rilland-Bath en wonende te Rilland-Bath, ongehuwde meerderjarige dochter van Leo Kalle, oud zes en zeventig jaren, van beroep dijkbaas, wonende te Rilland-Bath en van Catharina Jacoba Henssen, overleden. De ouders van den aanstaanden man en de vader der aanstaanden vrouw bij de voltrekking van dat huwelijk tegenwoordig hebben mij verklaard hunne toestemming daartoe te verleenen. De afkondiging van het voorgenomen huwelijk heeft in deze Gemeente den zeven en twintigsten December negentien honderd negentien zonder stuiting plaats gehad. Nadat de aanstaande echtgenooten mij hadden verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten en dat zij getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn, is door mij in naam der wet verklaard, dat Franciscus Alexius van Pul en Johanna Christina Kalle door den echt aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig: Bernardus van Pul, oud vier en twintig jaren, van beroep leerling machinist bij de staatsspoorwegen, wonende te Amsterdam, broeder van den man Paulus Alexander Kalle, oud twee en dertig jaren, van beroep kantenier wonende te Rilland-Bath, broeder der vrouw Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 1 | Gezin: Franciscus Alexius van Pul / Johanna Christina Kalle (F1658)
|
957 | Heden acht juli negentien honderd twee en twintig, verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Noordwijk, Petrus Cornelis de Groot van beroep bloemkweker oud een en vijftig jaren, wonende te Noordwijk, zoon van de na te noemen overledene, en Casper Johannes de Groot van beroep bloemkweker oud negen en veertig jaren, wonende te Noordwijk, zoon van de overledene, die verklaarden, dat op acht juli dezes jaars, des voormiddags ten half zes ure in het huis staande te Noordwijk Nieuwe Zeeweg Numero drie en zestig is overleden Nicolaas de Groot in den ouderdom van zes en zeventig jaar wonende in voormeld huis, van beroep bloemkweker geboren te Noordwijk, zoon van wijlen de echtelieden Pieter de Groot en Apollonia van der Weijden, gehuwd met Theodora Juffermans. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 57 | de Groot, Nicolaas (I1477)
|
958 | Heden acht november negentienhonderd acht en dertig zijn voor mij, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Rijnsburg verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan: Sleenhof, Henricus Antonius, oud drie en dertig jaren, geboren te Megen e.a. van beroep meubelmaker wonende te Megen, Haren en Macharen, meerderjarige zoon van: Sleenhof, Wilhelmus Servatius, en van: van der Rijt, Francisca, beiden zonder beroep en wonende te Megen, Haren en Macharen en Grimbergen, Wilhelmina Cecilia, oud zes en twintig jaren, geboren te Rijnsburg, zonder beroep, wonende te Rijnsburg, meerderjarige dochter van: Grimbergen, Henricus Johannes, overleden en van: van Dijk, Johanna, oud acht en vijftig jaren, zonder beroep, wonende te Rijnsburg. De moeder van de bruid, voor mij tegenwoordig, verklaarde haar toestemming tot dit huwelijk te geven. De afkondiging van dit huwelijk heeft plaats gehad alhier op twee en twintig october en de Megen, Haren en Macharen op negen en twintig october negentienhonderd acht en dertig en is zonder stuiting afgeloopen. Ik heb de bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander aannemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, verklaard, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig: Grimbergen, Matthijs Adrianus, oud een en dertig jaren, van beroep smid wonende te Rijnsburg, broeder van de bruid en Sleenhof, Heronimus Arnoldus, oud acht en twintig jaren, van beroep meubelmaker wonende te Megen, e.a. broeder van den bruidegom. Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 53 | Gezin: Henricus Antonius Sleenhof / Wilhelmina Cecilia Grimbergen (F1641)
|
959 | Heden acht october negentienhonderd twee en veertig verscheen voor mij, ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Haarlem, Kobus, Johannes Adrianus oud zes en dertig jaren, begrafenisondernemer, wonende alhier, die verklaarde, dan op zeven dezer voormiddags zeven uur, tien minuten, in deze gemeente is overleden Visser, Geertruda Antonia oud drie en zeventig jaren, zonder beroep, geboren te Utingeradeel, wonende alhier, weduwe van Hees, Cornelis Hendrikus; dochter Visser, Walle en van; Overmeer, Catharina, beiden overleden Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 1421 | Visser, Geertruda Antonia (I529)
|
960 | Heden achttien februari negentienhonderd vijf en twintig, verschenen voor mij, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente HULST, Emiel Theophiel van der Heijden oud negen en veertig jaren, kaashandelaar wonende te Clinge, zwager van den overledene en Arthur Pauwels oud zes en twintig jaren, ambtenaar ter secretarie wonende te Hulst die mij verklaarden, dat op dachttien februari negentienhonderd vijf en twintig, des voormiddags ten half negen ure, te Hulst is overleden: Eduardus Josephus van Wesemael, oud een en zestig jaren, zonder beroep, geboren te Hengstdijk en wonende te Hulst, echtgenoot van Maria Silvia Verstraeten, weduwnaar van Mathilde Vlaeminck, zoon van Josephus van Wesemael en van Cornelia de Nijs, beide overleden. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 9 | van Wesemael, Eduardus Josephus (I4439)
|
961 | Heden de elfde october negentienhonderd acht en veertig verscheen voor mij Ambtenaar van de Burgerlijke Stand der gemeente Groningen: Klip, Heine oud drie en veertig jaren, bode, wonende te Groningen die verklaarde, - daarvan uit eigen wetenschap kennis dragende, - dat op de achtste october van dit jaar, te tien uur, nul minuten, in deze gemeente is overleden: Dijkstra, Fokke Engelbertus, oud vijftig jaren, caféhouder, geboren te Dockum, wonende te Groningen, echtgenoot van: Sierks, Antje, zoon van Dijkstra, Johannes Hermanus en van: Bekkers, Barbara Magdalena, beiden overleden. Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 1525 | Dijkstra, Fokke Engelbertus (I782)
|
962 | Heden de negende december negentienhonderd acht en veertig verscheen voor mij, Ambtenaar van de Burgerlijke Stand der gemeente 's-Gravenhage, Goorse, Louis, oud vier en dertig jaren, bedienaar, wonende alhier, die verklaarde, daarvan uit eigen wetenschap kennis dragende, dat op acht dezes, ten tien ure, nul minuten, in deze gemeente is overleden: Grimbergen, Casparus Hendricus, oud zeven en zestig jaren, zonder beroep, geboren te Rijnsburg, wonende alhier, echtgenoot van: Trotz, Catharina Wilhelmina, zoon van: Grimbergen, Matthijs en van: Juffermans, Gijsbertha, beiden overleden. Hiervan is deze akte opgemaakt, welke overeenkomstig de Wet is voorgelezen. Akte A 2338 | Grimbergen, Casparus Hendricus (I1151)
|
963 | Heden de vijftienden van de maand september des jaars een duizend acht honderd zeven en tachtig, verscheen voor mij Wthouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland Bath, provincie Zeeland, Leo Kalle, oud vierenveertig jaren, van beroep onderbaas, wonende te Rilland Bath, welke mij heeft verklaard, dat op den veertienden van de maand september des jaars achttien honderd zeven en tachtig, des avonds te half negen ure, binnen deze gemeente, in wijk C nommer vijfentwintig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van zijne huisvrouw Catharina Jacoba Henssen, van beroep arbeidster, mede wonende in deze gemeente aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Paulus Alexander welke aangifte en verklaring is geschied in bijwezen van Hendrikus Johannes Augustijn, oud twee en dertig jaren, van beroep secretaris van en, wonende te Rilland Bath, en van Jacob Pieter Jansen Verplancke, oud twee en veertig jaren, van beroep veldwachter wonende te Rilland Bath. En is hiervan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 37 | Kalle, Paulus Alexander (I3114)
|
964 | Heden den 23sten van Grasmaand 1810 zijn bij Schout en Schepenen van Zoeterwoude nadat alvorens gebleken was dat de drie huwelijks proklamatiën onverhinderd en naar behoren waren gegaan, in den huwelijken staat bevestigd en getrouwd: Cornelis Klaas Berg Geboren te Stompwijk & Neeltje Cornelis Lijte geboren te Noordwijkerhout, beide wonende alhier Ter presentie van Jacobus Brasem als dezen vervangende Otto Barendszn, Schout Jan Buitenweg Jacobus Molema, Schepenen\\\\In kennisse van mij Albert Klaverwijden Secretaris | Gezin: Cornelis Berg / Cornelia Cornelisse Leite (F1734)
|
965 | Heden den acht en twintigsten december negentienhonderd zes, zijn voor mij ondergeteekende, ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Schagen, verschenen Theodorus Feeringa van beroep winkelier oud vier en zeventig jaren, wonende te Schagen en Cornelis Bakker van beroep winkelier oud negen en twintig jaren, wonende te Schagen die mij verklaard hebben dat op den zeven en twintigsten dezer maand des namiddags te elf ure, in het huis staande alhier, Molenstraat, wijk C nummer honderd acht en twintig in den ouderdom van drie en zeventig jaren is overleden Baukje Postma van beroep zonder geboren te Lemmer en wonende te Schagen, echtgenoote van Theodous Feeringa voornoemd, dochter van Hendrik Sietzes Postma en van Alida van Kempen, beiden overleden. En heb ik hievan opgemaakt deze akte, welke na voorlezing door mij en de aangevers is geteekend. akte 36 | Postma, Baukje (I1277)
|
966 | Heden den achtentwintigsten october achttienhonderd vijf en zeventieg, zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Heemstede verschenen Floris Abraham van der Reep van beroep vleeschhouwer oud achtentwintig jaren, wonende te 's-Gravenhage, zoon van de na te noemen overledene, en Johannes Nicolaas Luiten van beroep arbeider oud zevenenveertig jaren, wonende te Heemstede, bekende van de overledene, welke ons hebben verklaard, dat op den zevenentwintigsten dezer des avonds ten tien ure, in het huis staande aan de Zandvaart in den ouderdom van zes en vijftig jaren is overleden Arie van der Reep van beroep vleeschhouwer geboren te Lisse en wonende te Heemstede, echtgenoot van Johanna Margaretha van Egmond, zonder beroep wonende alsvoren, zoon van wijlen de echtelieden Floris van der Reep en Anna Weijers. En hebben wij hiervan opgemaakt deze akte welke na voorlezing door ons met de getuigen is onderteekend. Akte 28-10-1875 | van der Reep, Arij (I1362)
|
967 | Heden den achtsten februari negentienhonderd zeven en twintig, verschenen voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Steenwijk: hendrikus Prins, oud vier en zeventig jaren, aanspreker, wonende te Steenwijk, en Roelof Langman oud vijftig jaren, aanspreker wonende te Steenwijk, die mij verklaarden, dat op den zevenden dezer maand , des namiddags ten half twee ure, in deze gemaante is overleden: Geesje Spitse, oud een en vijftig jaren, zonder beroep, geboren te Steenwijkerwold en wonende te Steenwijk, docher van Meine Spitse en van Trijntje Spin, beiden overleden, weduwe van Meinardus Hof. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 10 | Spitse, Geesje (I1344)
|
968 | Heden den achtsten februarij achttien honderd een en zeventig, is voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Schooten verschenen Petrus Dionisius van der Drift van beroep veehouder oud vier en dertig jaren, wonende te Schooten welke ons heeft verklaard, dat op den zevenden februarij dezes jaars des namiddags ten elf ure, in het huis staande in deze gemeente buurt Noord Akendam nummer 9 is geboren een kind van het mannelijk geslacht, uit Maria Clazina Kaptein, zonder beroep, zijne echtgenoot, van beroep zonder wonende te Schooten, welk kind zal genaamd worden Johannes Franciscus. Zijnde deze inschrijving gedaan op aangifte van den declarant als vader. Van welke verklaring wij deze akte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Pieter van der Zon, van beroep veldwachter oud vijf en vijftig jaren, wonende te Schooten, en van Willem Melchior van beroep blokmaker, oud zeven en twintig jaren, wonende te Spaarndam, en is deze akte na voorlezing door ons met de comparanten onderteekend. Akte 08-02 | van der Drift, Johannes Franciscus (I1142)
|
969 | Heden den achtsten januari negentienhonderd vier en dertig verscheen voor mij Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Groningen: Jacob van der Wal oud twee en vijftig jaren, boekhouder, wonende te Groningen en Taeke Henstra oud drie en vijftig jaren, klerk, wonende te Grondingen, die verklaarden, dat op den zevenden januari dezes jaars, des voormiddags te drie uur, in deze gemeente is overleden Johannes Hermanus Dijkstra, oud zeven en zestig jaren, schoenmaker, geboren te Dockum, wonende alhier, man van Barbera Magdalena Beckers, zoon van Fokke Dijkstra en van Anna Catharina Pogmans, beiden overleden. Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 36 | Dijkstra, Johannes Hermanus (I806)
|
970 | Heden den achtsten van den maand december des jaars duizend acht honderd acht en vijftig, verschenen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van de Stad Vlissingen, Provincie Zeeland, in het openbaar binnen het Gemeentehuis, Matthijs Overmeer, oud een en dertig jaren, geboren te Harlingen, van beroep koopman, wonende te Breda, van staat weduwnaar van Johanna Antoinette Smits, overleden te Rotterdam, meerderjarige zoon van Wijbe Hijlkes Overmeer, koopman en van Christina Pol, zonder beroep, wonende te Thiel ter eene, en Adriana de Kat, oud zesentwintig jaren, geboren te Middelburg, beroep zonder, wonende te Vlissingen, van staat ongehuwd, natuurlijke niet erkende meerderjarige dochter van Maria de Kat, overleden te Neusen (?) ter andere zijde; welke mij verzocht hebben, tot voltrekking van hun voorgenomen huwelijk over te gaan. Vervolgens door mij gelet zijnde 1. op de door den aanstaande echtgenoot overgelegd certificaat van voldoening aan de Nationale Militie 2. op de door ieder der aanstaande echtgenooten overgelegde geboorte-acten 3. op de door den aanstaande echtgenoot overgelegde dood-acte van zijne vorige vrouw 4 op de bewijzen aangaande afkondigingen van het voorgenomen huwelijk tussen de aanstaande echtgenooten gedaan in deze Stad en te Breda, op den zondagen van den eenentwintigsten en achtenwintigsten november achttien honderd achtenvijftig zonder dan daartegen stuiting heeft plaats gehad. al welke stukken mij zijn ter hand gesteld, om gehecht te worden aan het dubbel van het huwelijks-register, dat bestemd is om ter griffie der Arrondissements-Regtbank te worden overgebragt. Voldoende aan hun verzoek, en nadat de aanstaande echtgenooten elk afzonderlijk aan mij, in tegenwoordigheid der na te melden getuigen hadden verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten, en dat zij getrouwelijk al de pligten zullen vervuullen, welke door de wet aan den huwelijken staat zijn verknocht, is door mij in naam der wet verklaard, dat Matthijs Overmeer en Adriana de Kat door den echt aan elkander zijn verbonden. Van al hetwelk door mij dadelijk deze acte is opgemaakt en in de beide dubbelen van het Huwelijks Register dezer stad ingeschreven in tegenwoordigheid van: 1. Wiebe Hijlkes Overmeer, oud negen en vijftig jaren, koopman wonende te Tiel 2. Pieter Bulteregs, oud vijf en veertig jaren, koopman, bekende van de man 3. Jan van der Graaf, oud vijf en vijftig jaren, koopman, en 4. Henry Wellink, oud vierentwinig jaren, smid, bekende van de vrouw, alle wonende te Vlissingen, getuigen ten deze door de belanghebbenden gekozen En hebben na gedane voorlezing de echtgenooten en de getuigen deze acte met ons geteekend. Akte 97 | Gezin: Matthijs Overmeer / Adriana de Kat (F1365)
|
971 | Heden den derden augustus achttienhonderd drie en vijftig, zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Bloemendaal in het huis derzelve gemeente, verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan, Cornelis Prins weduwnaar van Petronella van Schagen, van beroep arbeider, oud vierenveertig jaren, geboren te Hillegom en wonende in deze Gemeente, zoon van Arie Prins en van Pieternelletje van der Vis, beide overleden en Johanna Maria van der Elst, weduwe van Jan van Maris, zonder beroep, oud negenendertig jaren, geboren te Hillegomen wonende mede in deze gemeente, dochter van Mattheus van der Elst en van Cornelia Romijn, beide overleden. En hebben zij tot dat einde aan ons overgelegd, vooreerst: de akten waaruit blijkt dat, de openbare afkondigingen in deze gemeente hebben plaats gehad op zondag den vierentwintigsten en eenendertigsten julij jongstleden 2e eene doopacte van den Bruidegom 3e een geboorteextract van de Bruid en 4e de extracten van overlijden van de vroegere echtgenooten der beide contractanten. Waarna wij hun hebben afgevraagd of zij elkander aannamen tot echtgenooten, en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den huwelijken staat verbonden zijn: hetwelk door hen, uitdrukkelijk met Ja, beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk zijn vereenigd. In tegenwoordigheid van: Petrus Lelieveld , oud vijftig jaren, van beroep arbeider wonende te Hillegom, bekende en Jan Prins, oud zevenendertig jaren, van beroep arbeider wonende te Heemstede, broeder van de bruidegom en Nicolaas Middelkoop, oud vierenzestig jaren, van beroep tolgaarder en Jan Knijp, oud vijfenveertig jaren, van beroep veldwachter, beide wonende in deze gemeente bekenden van de bruid En is hiervan door ons opgemaakt deze akte, welke na voorlezing door ons, de eerste contractant en de getuigen is onderteekend, hebbende de tweede contractante verklaard niet te kunnen schrijven. Akte 11 | Gezin: Cornelis Prins / Johanna Maria van der Elst (F1913)
|
972 | Heden den derden februarij achttienhonderd vier en zestig, zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Bloemendaal in het huis derzelve gemeente, verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan, Petrus Kastien van beroep arbeider oud achtenvijftig jaren, geboren te Haarlem, wonende alhier, weduwnaar van Johanna van Roode, zoon van Fredrik Kastien en Francijntje Zoen, beide overleden ter eene, en Johanna Maria van der Elst, zonder beroep, oud negenenveertig jaren, geboren te Hillegom, wonende mede alhier, weduwe van Cornelis Prins, dochter van Mattheus van der Elst en van Cornelia Romijn, beide overleden, ter andere zijde. En hebben zij tot dat einde aan ons overgelegd, vooreerst: de akten waaruit blijkt, dat de openbare afkondigingen in deze gemeente, zonder stuiting zijn geschied op zondagen den zeventienden en den vierentwintigsten januarij jongstleden. 2e Een extract uit het doopregister omtrent den eersten contractant 3e Een extract van overlijden omtrent de vorige echtgenoot van laatstgenoemden 4e Een geboorteextract omtrent de tweede contractante en 5e Een extract van overlijden omtrent den vorige echtgenoot van de bruid Waarna wij hun hebben afgevraagd of zij elkander aannamen tot echtgenooten, en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den huwelijken staat verbonden zijn: hetwelk door hen, uitdrukkelijk met Ja, beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk zijn vereenigd. In tegenwoordigheid van: Antonius Sprokkelenburg, van beroep arbeider, oud achtentwintig jaren, wonende alhier, bekende en Hendrik van den Berg, arbeider, oud tweeendertig jaren, wonende alsvoren, mede bekende van den bruidegom en Tiemen Tiemens, tolgaarder, oud zevenenveertig jaren, wonende in deze gemeente, bekende, en Cornelis van Meurs, voorman, oud drieenvijftig jaren, wonende alsvoren, mede bekende der bruid. En is hiervan door ons opgemaakt deze akte, welke na voorlezing door ons den eersten contractant en de getuigen is onderteekend, verklarende de tweede contractant niet te kunnen schrijven. Akte 03-02 | Gezin: Petrus Kastien / Johanna Maria van der Elst (F1912)
|
973 | Heden den derden juni negentien honderd-een, is voor Ons, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Westervoort verschenen: Fredericus Jansen oud vijf en veertig jaren, van beroep winkelier wonende te Westervoort die verklaarde, dat zijne huisvrouw Helena Iding zonder beroep mede wonende te Westervoort op den tweeden juni dezes jaars, des voormiddags ten vier ure, in het huis, dorp, nummer achttien binnen deze Gemeente, is bevallen van een kind van het mannelijk geslacht, waaraan hij verklaarde de voornamen te geven van Hendrikus Rudolphus. Waarvan wij deze akte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Theodorus Sinnigen oud zes en zestig jaren, van beroep bakenmeester en van Hendrikus Iding oud acht en veertig jaren, van beroep bakker wonende beiden in deze Gemeente en na voorlezing is geteekend door Ons den comparant en beide getuigen. Akte 37 | Jansen, Hendrikus Rudolphus (I461)
|
974 | Heden den derden van de maand februari des jaars een duizend acht honderd negen en zeventig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland-Bath, provincie Zeeland, Jacobus Hense, oud zeven en twintig jaren, van beroep timmerman wonende te Rilland-Bath, dewelke mij heeft verklaard, dat op den tweeden van de maand februari des jaars achttien honderd negen en zeventig des morgens te half acht ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk C nommer zeventien, is geboren een kind van de vrouwelijks kunne, van hem aangever en van Catharina Verweij, zonder beroep wonende in deze gemeente, zijne huisvrouw aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Elizabeth Maria welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Jan Elenbaas, oud drie en vijftig jaren, van beroep broodbakker, wonende te Rilland-Bath, en van Jacob Pieter Jansen Verplanke, oud drie en dertig jaren, van beroep veldwachter, wonende te Rilland-Bath, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is hiervan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 6 | Hense, Elizabeth Maria (I3097)
|
975 | Heden den derden van de maand September des jaars een duizend acht honderd tachtig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Clinge, provincie Zeeland, Mathildus Augustinus Verstraeten, oud zeven en twintig jaren, van beroep timmerman, wonende te Clinge, dewelke mij heeft verklaard, dat op den eersten van de maand September des jaars achttien honderd tachtig, des avonds te elf ure, binnen deze gemeente, in wijk C nommer zeventig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van Victoria Melsen zijne huisvrouw, zonder beroep, wonende te Clinge aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Joannes Baptista, welke aangifte en verklaring is geschied in bijwezen van Karel de Lozanne, oud vier en veertig jaren, van beroep secretaris, wonende te Hulst, en van Desire Lockefeer, oud zeven en dertig jaren, van beroep bode, wonende te Clinge, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is daarvan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 72 | Verstraeten, Joannes Baptista (I2768)
|
976 | Heden den derden van de maand september des jaars een duizend acht honderd vijf en tachtig, verschenen voor mij wethouder, ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland Bath, provincie Zeeland, Leo Kalle, oud twee en veertig jaren, van beroep dijkwerker, vader van den overledene alsmede Hendrikus Johannes Augustijn, oud dertig jaren, van beroep secretaris van en, wonende te Rilland Bath, geen bloed of aanverwant van den overledene, welke mij hebben verklaard dat op den derden van de maand september des jaars een duizend acht honderd vijf en tachtig, binnen deze gemeente ten zes ure des morgens is overleden Eduardus Constantinus Kalle, oud zes maanden, geboren te Rilland Bath, van beroep zonder, wonende te Rilland Bath, zoon van Leo Kalle en van zijne huisvroiuw Catharina Jacoba Henssen, zonder beroep, mede wonende in deze gemeente En is daarvan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan de aangevers, door hen en mij is geteekend. Akte 11 | Kalle, Eduardus Constantinus (I3109)
|
977 | Heden den dertienden Januari achttienhonderd acht en negentig, is bij ons ondergeteekende, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Zoeterwoude, Provincie Zuid-Holland, ontvangen het volgende extract: Vrij van zegel, ingevolge Koninklijk besluit van 31 december 1844, no 66 Burgerlijken Stand, Provincie Zuid Holland, Arrondissement 's Gravenhage Gemeente Oegstgeest. Uit het overlijdensregister van voormelde gemeente blijkt, dat aldaar op den zevenden der maand januari van het jaar achttienhonderd acht en negentig is overleden: Joannes Molenkamp oud vijf en zeventig jaren, van beroep zonder, geboren te Sassenheim, en wonende te Zoeterwoude, zoon van Cornelis Molenkamp en van Johanna Schoonderbeek, beiden overleden, gehuwd met Gijsberta van den Akker. Voor gelijkluidend uittreksel afgegeven ingevolge het 2e lid van artikel 50 van het Burgerlijk Wetboek, voor mij ambtenaar van den Burgerlijken Stand van voornoemde gemeente, den 11 januari 1898 (get). J.H. de Kempenaar Wij hebben hiervan akte opgemaakt en na goedkeuring der doorhalingen van acht en twintig gedrukte woorden geteekend, wordende het extract aan een der registers gehecht. Akte 4 Informatie internet WieWasWie Overledene Joannes Molenkamp Vader Cirnelis Molenkamp Moeder Johanna Schoonderbeek Gebeurtenis Overlijden Datum 07-01-1898 Gebeurtenisplaats Oegstgeest Aktenummer 1 Registratiedatum 10-01-1898 Akteplaats Oegstgeest Noot: De akte uit Oegstgeest is online niet beschikbaar | Molenkamp, Joannes (I1355)
|
978 | Heden den dertigsten augustus achttien honderd zeven en vijftig zijn voor ons ondergeteekende, Burgermeester, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Warmond in het huis van de Gemeente verschenen teneinde een huwelijk aan te gaan: Antonius Langeveld, jongeman, oud zevenendertig jaren, arbeider, geboren te Voorhout thans wonende te Warmond, doch onlangs gewoond hebbende te Noordwijkerhout, meerderjarige zoon van Hendrik Langeveld, Kastelein wonende te Sassenheim, en van Pieternelletje van Loon, overleden, en, Hester Molenkamp, weduwe van Petrus Berg, oud veertig jaren, schoonmaakster, wonende te Sassenheim, wonende te Warmond, meerderjarige dochter van Cornelis Molenkamp, arbeider wonende te Warmond en van Joanna Schoonderbeek, overleden. En hebben zij tot dat einde aan ons overgelegd hunne geboorte extracten en doodextract den .... overleden echtgenoot den bruid, en een certificaat dat de bruidegom aan zijne verplichtingen ten aanzien van de Nationale Militie heeft voldaan. Zijnde de huwelijks afkondigingen alhier en te Noordwijkerhout gedaan op zondagen den zestienden en drieentwintigsten augustus dezes jaars, zonder dat enige stuiting heeft plaats gehad, blijkende ...... ten aanzien van Noordwijkerhout, bij een mede aan ons overgelegd certificaat. Waarna wij hun in het openbaar hebben afgevraagd of zij elkander tot echtgenooten aannemen en getrouwelijk alle pligten zullen vervullen, welke door de wet aan de huwelijken staat verbonden zijn. Hetwelk door hen uitdrukkelijk met ja beantwoord zijnde, hebben wij in naam der wet uitspraak gedaan dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden. In tegenwoordigheid van Nicolaas Berg, oud een en veertig jaren, arbeider, zwager den bruid, Johannes Groenendijk, oud vier en twintig jaren, arbeider, zwager van des bruidegoms, Cornelis Schrama, oud vier en dertig jaren, schoenmaker, en Huig Meursoud een en zestig jaren, veldwachter, de eerste wonende te Zoeterwoude, de drie laatsten te Warmond, de twee laatsten goede bekenden van de contractanten. En hebben wij hierna deze akte opgemaakt, welke na voorlezing door de contractanten, de getuigen en ons is onderteekend. Akte 5 | Gezin: Antonius Langeveld / Hester Molenkamp (F1754)
|
979 | Heden den dertigsten December achttienhonderd vier en veertig, is voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Ankeveen verschenen Gerrit Ketelaar van beroep veehouder oud twee en dertig jaren, wonende te Ankeveen welke ons heeft verklaard dat op den acht en twintigsten December achttien honderd vier en veertig des avonds ten zes ure, in het huis staande te Ankeveen in het dorp is geboren een kind van het vrouwelijk geslacht, uit Elizabeth Meester van beroep geen wonende te Ankeveen, zijne echtgenoote, welk kind zal genaamd worden Trijntje. Zijnde deze inschrijving gedaan op aangifte van den Vader. Van welke verklaring wij deze akte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Joannes de Lange van beroep bode oud acht en veertig jaren, wonende te Ankeveen, en van Cornelis Boelhouwer van beroep Schoolhouder oud vijftig jaren, wonende te Ankeveen, en is deze akte na voorlezing door ons en de getuigen onderteekend, verklarende de aangever geen schrijvente hebben geleerd. Aktenummer 11 | Ketelaar, Trijntje (I1157)
|
980 | Heden den dertigsten Maart negentienhonderd vier en dertig verschenen voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken stand der gemeente Sassenheim: Cornelis berg oud veertig jaren, van beroep bloembollenkweker wonende te Sassenheim en Peter Potman oud drie en veertig jaren, van beroep ambtenaar ter secretarie wonende te Sassenheim, die verklaarden dat op den negen en twintigsten Maart dezes jaars des namiddags te zeven uer, in deze gemeente Eilsabeth Geertruida Rotteveen, zonder beroep wonende alhier, echtgenoote van Cornelis berg voornoemd is bevallen van een kind , hetwelk door de aangevers als levenloos wordt aangegeven. waarvan akte welke is voorgelezen. Akte 9 | Berg, Levenloos (I819)
|
981 | Heden den dertigsten october negentien honderd elf, verschenen voor mij, ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Rilland-Bath, ten einde een huwelijk aan te gaan: Cornelis Josephus Kloeck, oud een en dertig jaar, van beroep schipper geboren te Ossendrecht en wonende te Ossendrecht, weduwnaar van Virginia Francisca Kwik, meerderjarige zoon van Johannes Baptista Kloeck, zonder beroep wonende te Ossendrecht en van Susanna Cornelissen, overleden en Levina Magdalena Kalle oud zeven en twintig jaar, van beroep zonder geboren te Rilland Bath en wonende te Rilland Bath, ongehuwde meerderjarige dochter van Leo Kalle van beroep dijkopzichter en van Catharina Jacoba Henssen zonder beroep, beiden wonende te Rilland Bath. Door de comparanten werden mij voorgelegd De extracten uit de geboorteakten Het extract uit de overlijdensakte vam de vorige echtgenote van den aanstaande man Het bewijs van onverhinderde afloop der huwelijks afkondigingen op zondagen den vijftienden en den twee en twintigsten october negentien honderd en elf te Ossendrecht Het bewijs dat de aanstaande echtgenoot aan zijne verplichtingen ten aanzien van de nationale militie heeft voldaan De ouders van de bruid bij de voltrekking van dit huwelijk tegenwoordig hebben mij verklaard hunne toestemming tot dit huwelijk te verlenen. De afkondigingen van dit voorgenomen huwelijk hebben in deze gemeente den vijftienden en den twee en twintigsten october plaats gehad. Nadat de aanstaande echtgenooten mij hadden verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten en dat zij getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn, is door mij in naam der wet verklaard, dat Cornelis Josephus Kloeck en Levina Magdalene Kalle door den echt aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig: Leo Phanuel Kalle oud vijf en twintig jaar, van beroep dijkwerker wonende te Rilland Bath, broeder van de vrouw Paulus Alexander Kalle oud vier en twintig jaar, van beroep dijkwerker wonende te Rilland Bath, broeder van de vrouw Willem Griep oud een en veertig jaar, van beroep gemeentesecretaris wonende te Rilland Bath Jacob Pieter Jansen Verplancke oud zes en zestig jaren, van beroep gemeenteveldwachter wonende te Rilland Bath De moeder van de vrouw verklaarde uit hoofde van ongeleerdheid niet te kunnen schrijven. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. In de kantlijn van de akte is het volgende aangegeven: Bij vonnis der arrondissements-Rechtbank te Breda van den twintigsten september negentien honderd een en twintig, ingeschreven in de beide registers van huwelijken en van echtscheidingen der gemeente Rilland-Bath van het jaar negentien honderd twee en twintig.... is het in nevenstaande akte vermelde huwelijk door echtscheiding ontbonden verklaard... | Gezin: Cornelis Josephus Kloeck / Levina Magdalena Kalle (F1666)
|
982 | Heden den dertigsten van de maand november des jaars een duizend acht honderd drie en zestig, verscheen voor mij ..., ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Hengstdijk, provincie Zeeland, Josephus van Wesemael, oud een en dertig jaren, van beroep landbouer, wonende te Hengstdijk, dewelke mij heeft verklaard, dat op den negen en twintigsten van de maand november des jaars achttien honderd drie en zestig, des morgens te tien ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk B nommer negen en vijftig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever, en van Cornelia de Nijs te Hengstbrug woonachtig, zijne huisvrouw aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Eduardus Josephus welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Jacob Jansen Verplancke, oud zes en veertig jaren, van beroep veldwachter, wonende te Hengstdijk, en van Pieter Hermans, oud zestig jaren, van beroep wagenmaker, wonende te Hengstdijk, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is daarvan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 39 | van Wesemael, Eduardus Josephus (I4439)
|
983 | Heden den drie en twintigsten Augustus negentienhonderd drie en dertig verschenen voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Sassenheim: Johannes Jacobus Hoogenboom oud negen en twintig jaren, van beroep chauffeur wonende te Sassenheim en Jacob Wijbe Bruinsma oud zeven en dertig jaren, van beroep gemeentebode wonende te Sassenheim, die verklaarden, dat op den twee en twintigsten Augustus dezes jaars, des namiddags te kwart voor twaalf uur, in deze gemeente in de ouderdom van zes en zestig jaren is overleden: Adriana Maria Hassing zonder beroep geboren te Warmond en wonende te Sassenheim, echtgenoote van Florentinus van der Reep, dochter van Theodorus Hassing en Pieternella Zuthof, beiden overleden. Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 38 | Hassing, Adriana Maria (I587)
|
984 | Heden den drie en twintigsten der maand maart achttienhonderd vijf en zestig, is voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Helder, verschenen Willebrordus van Hees van beroep banketbakker oud zes en twintig jaren, wonende in deze gemeente welke ons heeft verklaard, dat ten zijnen huize op den een en twintigsten dezer des namiddags ten half drie ure, in het huis staande in wijk J nummer 173 is geboren een kind van het mannelijk geslacht, uit zijne echtgenoote Anna Margaretha van Hert van beroep zonder wonende ten zijnen huize welk kind zal genaamd worden Cornelis Hendrikus. Zijnde deze inschrijving gedaan op aangifte van den vader. Van welke verklaring wij deze akte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Willem Overtoom van beroep broodbakker oud vier en dertig jaren, wonende in deze gemeente en van Izaak Johannes van Hees van beroep commissionair oud zeven en twintig jaren,wonende mede alhier en is deze akte na voorlezing door ons den comparant en de getuigen geteekend. Akte 174 | van Hees, Cornelis Hendrikus (I3466)
|
985 | Heden den drie en twintigsten Juli negentien honderd achttien verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Rilland Bath, Victor Lambrechtse, oud zeven en dertig jaar, van beroep boerenknecht, wonende te Rilland Bath en Jozias Marius de Vrij, oud een en veertig jaar, van beroep Lichtwachter wonende te Rilland Bath, die verklaarden dat op den twee en twintigsten juli negentien honderd achttien des namiddags ten half twee ure, binnen deze Gemeente is overleden Catharina Jacoba Henssen, oud negen en zestig jaar, van beroep zonder, geboren te Halsteren en wonende te Rilland Bath, gehuwd met Leo Kalle, dijkbaas wonende te Rilland Bath, dochter van Jacobus Henssen en van Magdalena van Tillo, beiden overleden. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Aktenumer 10 | Henssen, Catharina Jacoba (I3120)
|
986 | Heden den drie en twintigsten van de maand Mei des jaars een duizend acht honderd zeventig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand der gemeente Rilland, provincie Zeeland, Leo Kalle. oud zes en twintig jaren, van beroep dijkwerker wonende te Rilland, dewelke mij heeft verklaard, dat op den drie en twintigsten van de maand Mei des jaars achttien honderd zeventig, des namiddags te half twee ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk 6 nommer een en twintig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van Catharina Jacoba Henssen, van beroep arbeidster, wonende in deze gemeente, zijne huisvrouw, en aan welk kind hij verklaart te geven de voormaam van Hendricus welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Pieter Wensch, oud drie en vijftig jaren, van beroep onderwijzer wonende te Rilland, en van Cornelis Hirdes, oud drie en dertig jaren, broodbakker wonende te Rilland, als getuigen door den aangever gekozen. En is hiervan opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 15 | Kalle, Hendricus (I3077)
|
987 | Heden den een en dertigsten Augustus negentienhonderd vijf zijn voor ons, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Dockum, Provincie Friesland, verschenen: Cornelis Hendrikus van Hees oud veertig jaren, geboren te Helder, van beroep confiseur, wonende aldaar, meerderjarige zoon van Willebrordus van Hees, overleden en van Anna Margaretha van Hert, zonder beroep, wonende te Helder, indertijd echtelieden en Geertruida Antonia Visser oud zes en dertig jaren, geboren te Akkrum, zonder beroep, wonende te Dockum, binnen de laatste zes maanden mede te Amsterdam woonachtig geweest, meerderjarige dochter van Walle Visser, overleden en van Catharina Overmeer, van beroep winkeliersche, wonende te Dockum, indertijd echtelieden. Welke ons verzzocht hebben het door hen voorgenomen huwelijk te voltrekken waarvan de afkondigingen op Zondagen den dertienden en twintigsten Augustus dezes jaars binnen deze gemeente en in de gemeenten Helder en Amsterdam zonder stuiting hebben plaats gehad. En hebben de comparanten tot dat einde aan ons overlegd: Hunne geboorteakten; Certificaten van den ongehinderden afloop der afkondigingen in de gemeenten Helder en Amsterdam. Waarna wij hun in het openbaar hebben afgevraagd of zij elkander tot Echtgenoten aannemen en getrouwelijk al de plichten zullen vervullen, welke door de Wet aan den huwelijken staat zijn verbonden. Waarop door ieder afzonderlijk een toestemmend antwoord zijnde gegeven, hebben wij in naam der wet verklaard, dat Cornelis Henderikus van Hees en Geertruda Antonia Visser bovengenoemd, door den echt aan elkander zijn verbonden. In tegenwoordigheid van Hermanus Wibertus Visser, oud negen en dertig jaren, Koopman, wonende te Dockum, broeder der Bruid, Johannes Georg Visser, oud twee en dertig jaren, Koopman, wonende te Dockum, broeder der Bruid, Isaac Johannes van Hees, oud negen en twintig jaren, Koopman, wonende te Rotterdam, broeder des Bruidegoms en Franciscus Berends, oud veertig jaren, sigarenmaker, wonende te Leeuwarden, schoonbroeder der Bruid. Waarvan wij deze akte hebben opgemaakt, den verschijnende partijen en getuigen voorgelezen en daarna met hen onderteekend. Akte 18 | Gezin: Cornelis Hendrikus van Hees / Geertruda Antonia Visser (F592)
|
988 | Heden den een en dertigsten juli negentien honderd vijftien, zijn voor mij Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Dockum, verschenen: Kornelis de Boer oud zes en zestig jaren, van beroep leedaanzegger wonende te Dockum en Andries Jongsma oud vijftig jaren, van beroep leedaanzegger, wonende te Dockum welke mij verklaard hebben, dat op den een en dertigsten der maand juli dezes jaars, des voormiddags ten half vijf ure te Dockum is overleden Barbara Clara Kienstra oud zeven en zeventig jaren, geboren te Dockum, zonder beroep, wonende aldaar, weduwe van Wouter Erich, dochter van Johannes Franciscus Kienstra en van Catharina Kortrijk beiden overleden. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 31 | Kienstra, Barbara Clara (I1227)
|
989 | Heden den eersten maart negentienhonderd vijftien, zijn voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Sneek, verschenen: Johannes Petrus de Haas, oud twee en zeventig jaren, boekbinder en Albertus van der Wal oud zes en twintig jaren, commies ter secretarie beiden wonende te Sneek, Die verklaarden, dat Maria Nijenhof, oud negentig jaren, zonder beroep, geboren te Nijmegen, wonende te Sneek, weduwe van Wijbertus Visser, dochter van Johannes Wilhelmus Nijenhof en van Maria van Ameren, beiden overleden, op den acht en twintigsten februari dezes jaars des nachts ten half twee ure, alhier is overleden. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 28 | Neijenhof, Maria Sibilla (I1194)
|
990 | Heden den Eersten van de maand Augustus des jaars een duizend acht honderd twee en zeventig, verscheen voor mij, Burgemeester, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Fort Bath provincie Zeeland, Cornelis Polderman, oud dertig jaren, van beroep arbeider, wonende te Fort Bath, dewelke mij heeft verklaard, dat op den Eersten der maand Augustus des jaars achttien honderd twee en zeventig, des morgens te tien ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk , nummer , is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van Anna Catharina van de Velde, van beroep arbeidster wonende in deze gemeente zijne huisvrouw en aan welk kind hij verklaart te geven de voornaam van Gerard welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Christiaan Kok oud twee en vijftig jaren, van beroep vrachtrijder, wonende te Fort Bath, en Levinus van Baalen, oud drie en vijftig jaren, van beroep winkelier, wonende te Fort Bath, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is hiervan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 12 | Polderman, Gerard (I3092)
|
991 | Heden den elfden April negentienhonderd negentien, zijn voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Sneek, verschenen: Johannes Bernardus Kramers oud vijf en zeventig jaren, zonder beroep, wonende te Sneek, en Georg Stoelinga, oud twee en vijftig jaren, schoenmaker, wonende te Sneek die verklaarden, dat Ruurdtje Bijvoets, oud vier en tachtig jaren, zonder beroep, geboren te Woudsend, wonende te Sneek, weduwe van Jan Postma, eerder van Friederich Louis Rose, en nog eerder van Pier Veltman, dochter van Jacob Adriaan Bijvoets en van Marijke Arends van Beeck, beiden overleden, op den tienden April dezes jaars des namiddags ten half vier ure, alhier is overleden. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. Akte 82 | Bijvoets, Ruurdtje (I4032)
|
992 | Heden den elfden maart negentienhonderd drie en dertig verschenen voor mij, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente 's-Gravenhage, Bernardus Johannes Arens, oud vier en vijftig jaren en Antonius .... oud vijf en veertig jaren, boden wonende alhier, die verklaarden, dat op den negenden dezer des namiddags ten acht ure, in deze gemeente is overleden: Margaretha Molenaar, oud vier en negentig jaren, zonder beroep, geboren te ....., gemeente Doniawerstal, wonende alhier, weduwe van Petrus Postma, dochter van Rombertus Molenaar en Averdina de Vries, beiden overleden. Hiervan is deze akte opgemaakt, die overeenkomstig de Wet is voorgelezen. Akte 1037 | Molenaar, Grietje (I4025)
|
993 | Heden den elfden october achttienhonderd negen en tachtig, zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Schagen, in het huis derzelve gemeente, verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan, Theodorus Feeringa, jongeman, zonder beroep oud zevenenvijftig jaren, geboren te Bolsward, wonende te Schagen, meerderjarige zoon van Johannes Gerrits Feeringa, en van Catje Annes Reijer, beiden overleden; en Baukje Postma, jongedochter, zonder beroep, oud zesenvijftig jaren, geboren te Lemmer, wonende te Schagen, onlangs te Lemsterland, meerderjarige dochter van Hendrik Sietzes Postma en van Akke Jacobus van Kempen, beiden overleden. En hebben zij tot dat einde aan ons overgelegd, vooreerst: de akten waaruit blijkt, dat de huwelijksafkondigingen op den negenentwintigsten september en zesden october dezes jaars alhier zonder stuiting hebben plaats gehad; ten tweede: gelijke afkondigingen op dezelfde datums mede zonder stuiting zijn geschied te Lemsterland; ten derde, de comparant bruidegom is geboren den vierentwintigsten januarij achttienhonderdtweeëndertig; ten vierde, de comparante bruid is geboren den twaalfden junij achttienhonderddrieëndertig. Waarna wij hun hebben afgevraagd, of zij elkander aannamen tot echtgenooten, en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn: hetwelk door hen uitdrukkelijk met ja beantwoord zijnde, hebben wij in naam der wet uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk zijn vereenigd. In tegenwoordigheid van Franciscus Wilhelmus Quax, van beroep timmerman, oud zeventig jaren; Petrus Caarls, van beroep zadelmaker, oud tweeenveertig jaren; Jan Zwart, van beroep koper en blikslager, oud negenendertig jaren; en Jacob Govers, van beroep grutter, oud negenendertig jaren; allen wonende te Schagen en geene bloed- of aanverwanten van bruidegom en bruid. En is hiervan door ons opgemaakt deze akte, welke na voorlezing door ons en de comparanten, benevens de getuigen is geteekend. Akte 23 | Gezin: Theodorus Feeringa / Baukje Postma (F881)
|
994 | Heden den elfden van de maand Januari des jaars een duizend acht honderd vier en tachtig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland-Bath, provincie Zeeland, Leo Kalle, oud veertig jaren, van beroep dijkwerker, wonende te Rilland-Bath, dewelke mij heeft verklaard, dat op den elfden van de maand Januari des jaars achttien honderd vier en tachtig, des morgens te vijf ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk C nommer vijfentwintig, is geboren een kind van de vrouwelijke kunne, van hem aangever en van zijne huisvrouw Catharina Jacoba Henssen, van beroep arbeidster, mede wonende in deze gemeente aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Levina Magdalena welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Hendrikus Johannes Augustijn, oud achtentwintig jaren, van beroep secretaris van en, wonende te Rilland Bath, en van Jacob Pieter Jansen Verplanke, oud achtendertig jaren, van beroep veldwachter, wonende te Rilland Bath, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is hiervan aanslonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 4 | Kalle, Levina Magdalena (I3105)
|
995 | Heden den elfden van de maand junij des jaars een duizend acht honderd vier en zeventig, verschenen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland, provincie Zeeland, in het openbaar in het gemeentehuis, Jacobus Heinsen oud drie en twintig jaren, geboren te Halsteren, van beroep arbeider, wonende te Rilland, van staat ongehuwd, meerderjarige zoon van Jacobus Heinsen en van Helena van Tillo, van beroep arbeiders, beiden wonende te Rilland ter ene; en Catharina Verweij, oud drie en twintig jaren, geboren te Wolfaartsdijk, van beroep arbeidster, wonende te Rilland, van staat ongehuwd, meerderjarige dochter van Marinus Verweij en van Severina van Overloop, van beroep arbeiders, beiden wonende te Rilland ter andere zijde; welke mij verzocht hebben, tot de voltrekking van hun voorgenomen huwelijk over te gaan. Vervolgens door mij gelet zijnde ten eerste: op de door ieder der aanstaande echtgenooten overgebrachte geboorte-akte; ten tweede: op de mondelinge verklaring der ouders van de aanstaande echtgenooten, allen hier tegenwoordig, dat zij tot het voltrekken van het huwelijk hunner kinderen bovenvermeld hunne toestemming geven; ten derde: op de bewijzen der gedane afkondigingen van het voorgenomen huwelijk tusschen de aanstaande partijen echtgenooten, gedaan in deze gemeente op zondagen den een en dertigsten mei en den zevenden junij jongstleden, zonder dat daartegen eenige stuiting heeft plaats gehad; ten vierde: op een bewijs wegens voldoening aan de nationale militie al welke stukken mij zijn ter hand gesteld, om gehecht te worden aan het dubbel van het huwelijksregister, dat bestemd is om ter griffie der Arrondissements-Regtbank te worden overgebragt. Voldoende aan hun verzoek, en nadat de aanstaande echtgenooten elk afzonderlijk aan mij, in tegenwoordigheid der na te melden getuigen hadden verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten, en dat zij getrouwelijk al de pligten zullen vervullen welke door de wet aan den huwelijken staat zijn verknocht, is door mij in naam der wet verklaard, dat Jacobus Heinsen en Catharina Verweij door den echt aan elkander zijn verbonden. Van al hetwelk dadelijk door mij deze akte is opgemaakt en in beide dubbelen van het huwelijksregister dezer gemeente ingeschreven in tegenwoordigheid van: Sent Donkers, oud zeventig jaren, van beroep winkelier; Guillaume Leendert van der Linde, oud zes en vijftig jaren, van beroep schoonmaker; Jan Elenbaas, oud zeven en veertig jaren, van beroep broodbakker en Jan Goeree, oud zeven en veertig jaren, van beroep schoonmaker, geen bloed of aanverwanten van eene der partijen echtgenooten, en allen wonende te Rilland. Getuigen hiertoe verzocht en door de belanghebbenden zelven gekozen. En hebben na gedane voorlezing de vader des mans en de getuigen deze akte met mij onderteekend; terwijl de partijen echtgenooten, de moeder des mans en de ouders van de vrouw verklaard hebben niet te kunnen schrijven, uit hoofde van zulks niet geleerd te hebben. Akte 5 | Gezin: Jacobus Heinsen / Catharina Verweij (F1156)
|
996 | Heden den negen en twintigsten van de maand April des jaars een duizend acht honderd acht en zeventig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken stand van de gemeente Rilland-Bath, provincie Zeeland, Leo Kalle, oud vier en dertig jaren, van beroep onderbaas, wonende te Rilland-Bath, dewelke mij heeft verklaard, dat op den negen en twintigsten van de maand April des jaars achttien honderd acht en zeventig, des voormiddags te elf ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk G, nommer een en twintig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van Catharina Jacoba Henssen, van beroep particuliere, wonende in deze gemeente, zijne huisvrouw, en aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Augustinus Jacobus welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Pieter Wensch, oud een en zestig jaren, van beroep onderwijzer, wonende te Rilland-Bath, en van Jan Elenbaas, oud drie en vijftig jaren, van beroep broodbakker, wonende te Rilland-Bath, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is hiervan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is onderteekend. Akte 27 | Kalle, Augustinus Jacobus (I3100)
|
997 | Heden den negen en twintigsten van de maand februari des jaars achttien honderd twee en dertig, des namiddags te een uren, compareerde voor mij Wethouder, Beambte tot de Zaken van den Burgerlijken Stand, van de Stad Middelburg, district Walcheren, Provincie Zeeland, Catharina Margaretha Hardijzer, oud vijf en zestig jaren, van beroep vroedvrouw wonende te Middelburg, dewelke mij heeft aangeboden een Kind van de vrouwelijke Sekse, geboren den zevenentwintigsten van de maand februari des jaars achttienhonderd twee en dertig te Middelburg, te zeven uren, in den avond, in wijk J nummer 222, doende gemelde declaratie namens de moeder, Maria de Kat. en waaraan ze verklaart te geven de naam en van Adriana. welke aangifte is gedaan te bijwezen van Petrus Franciscus van Dorst, oud twee en veertig jaren, van beroep schoenmaker, wonende te Middelburg en van Pieter Andries Dolk, oud zeven en veertig jaren, van beroep schoenmaker, wonende te Middelburg, Getuigen daartoe verzocht. En is deze Akte van geboorte, na voorlezing, door ons, benevens den Declarant en Getuigen, geteekend. Akte 103 | de Kat, Adriana (I1215)
|
998 | Heden den negen en twintigsten van de maand Julij des jaars een duizend acht honderd zes en zeventig, verscheen voor mij Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand van de gemeente Rilland, Provincie Zeeland, Leo Kalle oud drie en dertig jaren, van beroep dijkwerker, wonende te Rilland, dewelke mij heeft verklaard, dat op den negen en twintigsten van de maand julij des jaars achttien honderd zes en zeventig des morgens te half vier ure, binnen deze gemeente, in het huis wijk C nommer een en twintig, is geboren een kind van de mannelijke kunne, van hem aangever en van Catharina Jacoba Henssen, van beroep particuliere, wonende in deze gemeente, zijne huisvrouw, en aan welk kind hij verklaart te geven de voornamen van Charles Augustinus welke aangifte en verklaring zijn geschied in bijwezen van Pieter Wensch, oud negen en vijftig jaren, van beroep onderwijzer, wonende te Rilland, en van Jan Elenbaas, oud een en vijftig jaren, van beroep broodbakker wonende te Rilland, als getuigen daartoe door den aangever gekozen. En is hiervan aanstonds opgemaakt deze akte, die na gedane voorlezing aan den aangever en de getuigen, door hen en mij is geteekend. Akte 26 | Kalle, Charles Augustinus (I3093)
|
999 | Heden den negenentwintigsten october negentienhonderd zes en dertig verscheen voor mij Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Groningen: Poppema, Gerhard oud zeventig jaren, leedaanzegger, wonende te Groningen die verklaarde, - daarvan uit eigen wetenschap kennis dragende, - dat op den acht en twintigsten october dezes jaars, des namiddags ten negen uur, in deze gemeente is overleden Bekkers Barbara Magdalena, oud zestig jaren, zonder beroep, geboren te Dockum, wonende te Groningen, weduwe van Dijkstra, Johannes Hermanus, dochter van Bekkers, Engelbertus en van: Kienstra, Anna Cornelis, beiden overleden. Waarvan akte, welke is voorgelezen. Akte 1390 | Beckers, Barbara Magdalena (I546)
|
1000 | Heden den negentienden february achttien honderd twee en vijftig, zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Weespercarspel verschenen Willem Meester van beroep klompenmaker oud zeven en dertig jaren, wonende te Abcoude zoon van de na te noemen overledene, en Frederik Meester van beroep Klompenmaker oud negen en twintig jaren, wonende te Zwollerkerspel, mede zoon van de overledene, welke ons hebben verklaard, dat op den achttienden february dezes jaars des avonds ten zes ure, in het huis staande te Ankeveen in de ouderdom van vier en zestig jaren is overleden Dirk Meester van beroep klompenmaker geboren te Abcoude en wonende als voormeld, echtgenoot van Catharina Bezemer en zoon van Willem Meester en Maria Hoogeboom, overleden echtelieden hebben wij hiervan opgemaakt deze akte, welke na voorleding door ons en de comparanten is onderteekend. | Meester, Dirk (I2403)
|