- Heden een Maart negentien honderd negentien, zijn voor mij ambtenaar van den Burgerlijken Stand van Leeuwarden verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan:
Wallericus Jacobus Berends oud zes en twintig jaren, sigarenmaker, geboren en wonende te Leeuwarden, meerderjarige zoon van Franciscus Johannes Berends, oud drieƫnvijftig jaren, sigarenmaker en van Christina Martina Visser, oud vierenvijftig jaren, zonder beroep, echtelieden, wonende te Leeuwarden en
Anna Catharina Tielenburg, oud vijfentwintig jaren, naaister, geboren en wonende te Leeuwarden, meerderjarige dochter van Johan Tielenburg, oud vijfenvijftig jaren, smid-bankwerker en van Johanna Vellinga oud negenenvijftig jaren, zonder beroep, echtelieden wonende te Leeuwarden.
De ouders des bruidegoms en de ouders der bruid verklaarden voor mij tegenwoordig toe te stemmen in dezen echt.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den vijftienden februari dezes jaars.
Ik heb bruidegom en bruid gevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbinden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik,in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig:
Jan Rottema, oud vierenvijftig jaren, ambtenaar ter secretarie dezer gemeente en Auke Folkers van der Wal, oud eenenvijftig jaren, gemeentebode, beiden wonende te Leeuwarden.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
|