Tekst |
In het jaar Een duizend acht honderd negen en tachtig den vijf en twintigsten der maand mei, zijn voor ons ondergeteekende Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Leeuwarden, provincie Friesland, verschenen:
Franciscus Johannes Berends, oud vier en twintig jaren, sigarenmaker, geboren te Dockum, wonende te Leeuwarden, meerderjarige zoon van Sijbrands Hendrikus Berends, sigarenmaker, en van Grietje Weiding, zonder beroep, echtelieden wonende te Leeuwarden, hierbij tegenwoordig hunne toestemming tot dit huwelijk gevende, en
Christina Martina Visser, oud vijf en twintig jaren, dienstbode, geboren te Arnhem, wonende te Leeuwarden, meerderjarige dochter van Walle Visser, schipper, en van Catharina Overmeer, zonder beroep, echtelieden wonende te Dockum, hierbij tegenwoordig mede hunne toestemming tot dit huwelijk gevende;
welke Ons verzocht hebben het door hen voorgenomen huwelijk te voltrekken, waarvan de afkondigingen voor de hoofddeur van het huis der gemeente zijn geschied op den tweeden en derden zondag der maand Mei dezes jaars, telkens des middags ten twaalf ure,
Geene verhindering tegen het gemelde huwelijk Onzer kennis zijnde gebragt, hebben Wij, aan hun verzoek voldoende, ieder der aanstaande echtgenooten afgevraagd: of zij elkander aannemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn, waarop door hen een toestemmend antwoord zijnde gegeven, verklaren Wij in naam der wet, dat door den Echt aan elkander verbonden zijn:
Francuscus Johannes Berends en Christina Martina Visser. Van al hetwelk wij akte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Jan Lutje Beerenbroek, oud veertig jaren, Bernardus van Weenen van Noord, oud drie en zestig jaren, Johannes Fredrik Mijlius, oud zeven en veertig jaren, beambten ter secretarie dezer gemeente, en Sikke Jansen, oud twee en vijftig jaren, gemeentebode, allen alhier woonachtig en aan partijen vreemd. En hebben de bruidegom, de bruid, zijn vader, hare ouders en de getuigen dezeakte na voorlezing nevens Ons onderteekend, hebbende de moeder van den bruidegom verklaard geen schrijven te hebben geleerd.
akte 88 |