| Tekst |
Heden, den tienden Mei negentienhonderd een en twintig, zijn voor mij Jan Evert Klaucke, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Steenwijk verschenen, teneinde een huwelijk aan te gaan:
Wallerius Johannes Visser, oud vijf en twintig jaren, gasfitter geboren te Dockum, wonende te Hillegom, meerderjarige zoon van Harmanus Wibertus Visser, oud vijf en vijftig jaren, winkelier, en van Johanna Beckers, oud negen en veerig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Dockum hierbij tegenwoordig en toestemming tot het huwelijk gevende.
Regina Catharina Hof, oud vijf en twintig jaren, zonder beroep, geboren te Steenwijk, wonende te Steenwijk, binnen de laatste zes maanden te Zwolle, meerderjarige dochter van Hendrik Hof, oud zes en vijfig jaren, houthandelaar en van Ida Nieuwenhuis, oud acht en vijftig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Steenwijk, hierbij tegenwoordig en toestemming tot het huwelijk gevende.
De afkondiging van gedane huwelijksaangifte heeft zonder stuiting plaats gehad alhier op zaterdag den drie en twintigsten April dezes jaars alsmede op gelijken datum in de Gemeenten Hillegom en Zwolle.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander aannemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Gerardus Nieuwenhuis oud twee en vijftig jaren, landbouwer, wonende te Luinjeberd, gemeente Aengwirden, oom der bruid en Matheus Gerardus Hof, oud twee en twintig jaren, houthandelaar, wonende te Steenwijk, broeder der bruid.
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
Aktenummer 26 |
Wal's Genealogie
