Tekst |
In het jaar achttienhonderd zeven en twintig, den achtsten September ten half een ure des namiddags, is voor ons Wethouder, Ambtenaar van den Burgerlijken Staat van de Gemeente Nijmegen, Provincie Gelderland, verschenen: Catharina Elisabeth Freiben, huisvrouw van Hendrik Jan ...., vroedvrouw, oud negen en dertig jaren, wonende te Nijmegen, dewelke ons heeft vertoond een Kind van het vrouwelijk geslacht, geboren den achtsten September ten een ure des nachts van Joannes Wilhelmus Neijenhof, Schippersknecht en uit hoofde van zijn beroep absent en van Maria Magdalena van Ameren, wonende te Nijmegen en aan welk Kind heeft verklaard de voornaam te willen geven van Maria Sibilla.
De gezegde verklaring en vertooning geschiedt in tegenwoordigheid van Theodorus van Ameren, kooperslagersknecht, wonende te Nijmegen, oud acht en vijftig jaren, en van Johannes Henderikus Hermse, bezemmaker, wonende te Nijmegen, oud vier en twintig jaren.
Na gedane voorlezing van de tegenwoordige Geboorte-Akte aan de deklarant en aan de getuigen, hebben de declarante en tweede getuige met ons geteekend, terwijl de eerste getuige verklaard heeft niet te kunnen schrijven.
akte 388 |