Tekst |
In het jaar een duizend acht honderd tachtig, den drie en twintigsten der maand februari
Verscheen voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Ossendrecht, Johanna Adriana Cornelissen, weduwe van Antonius Luithaegs, oud vijf en vijftig jaren, herbergierster wonende alhier dewelke ons heeft aangegeven, dat op den drie en twintigsten februari dezes jaars, om een ure des nachts, binnen deze Gemeente, wijk letter A nummer honderd veertien, in hare tegenwoordigheid is geboren een kind van de mannelijke kunne, van de echtgenooten Johannes Baptista Kloeck, thans afwezig, schipper, en Susanna Cornelissen, zonder beroep, wonende aldaar,
en aan hetwelk zij verklaart heeft te geven de voornamen van Cornelis Josephus.
Welke aangifte en verklaring is geschied in tegenwoordigheid van August Hubert Joseph Adan, oud negen en vijftig jaren, zaakwaarnemer, en van Emanual Jacobus Hendricus Adan, oud zes en twintig jaren, secretaris, beide wonende binnen deze Gemeente, als getuigen daartoe door de aangeefster gekozen.
Waarvan akte: welke wij dadelijk in dubbel hebben opgemaakt, en na door ons aan den comparanten en getuigen te zijn voorgelezen, met de getuigen hebben onderteekend, terwijl de comparante verklaard heeft uit hoofde van ongeleerdheid niet te kunnen naamteekenen.
Akte 8 |