| Tekst |
In het jaar negentien honderd en twaalf, den een en twintigsten augustus zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Woensdrecht, Provincie Noord-Braband, in het openbaar in het gemeentehuis in tegenwoordigheid van:
1o Marinus Verschuren, oud vier en vijftig jaren, van beroep broodbakker wonende te Woensdrecht,
2o Ludovicus Hertogs, oud drie en vijftig jaren, van beroep veldwachter, wonende te Woensdrecht,
3o Josephus Antonius Stuyts, oud twee en veertig jaren, van beroep kleermaker, wonende te Woensdrecht,
4o Johannes Baptist van der Heijden, oud een en veertig jaren, van beroep zonder, wonende te Woensdrecht,
verschenen: ter eenre
Leo Phanuel Kalle, oud zes en twintig jaren, geboren te Rilland Bath, van beroep dijkwerker wonende te Rilland Bath, meerderjarige zoon van Leo Kalle, oud negen en zestig jaren, dijkbaas en van Catharina Jacoba Henssen, oud drie en zestig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Rlland Bath, hierbij tegenwoordig en toestemmende in dit huwelijk
en ter andere zijde
Maria Catharina Verhoeven, oud achttien jaren, geboren te Woensdrecht, van beroep dienstmeid, wonende te Woensdrecht, minderjarige dochter van Petrus Verhoeven, oud een en vijftig jaren, spoorwegarbeider en van Johanna Brouwers, oud vijftig jaren, zonder beroep, beiden wonende te Woensdrecht, hierbij tegenwoordig en toestemmende in dit huwelijk
welke comparanten ons verzocht hebben tot het voltrekken van hun voorgenomen huwelijk over te gaan, hebbende de afkondigingen plaats gehad op zondagen den vierden en den elfden augustus van dit jaar en tot welk zij aan ons hebben overgelegd de stukken hierna genoemd zijnde:
1o De Geboorte-akte van ieder der aanstaande echtgenooten
2o Een bewijs van den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der gemeente Rilland-Bath, dat ook aldaar de afkondigingen van dit huwelijk zonder stuiting zijn afgeloopen.
De aanstaande echtgenooten hebben ten overstaan van ons en in tegenwoordigheid der genoemde getuigen verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten en dat zij getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn.
Na welke verklaring wij in naam der wet hebben verklaard: dat zij door den echt aan elkander verbonden zijn.
Van al hetwelk wij dadelijk deze akte hebben opgemaakt en na gedane voorlezing geteekend met den Bruidegom, de Bruid, de vader van den Bruidegom, dien der bruid en de getuigen, verklarende de moeder van de Bruidegom en Bruid wegens ongeleerdheid niet te kunnen schriiven.
akte 17 |
Wal's Genealogie
