| Tekst |
In het jaar negentien honderd en elf, den negen en twintigsten mei zijn voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Bergen op Zoom, Provincie Noord-Brabant, in het openbaar, in het Gemeentehuis, in tegenwoordigheid van:
1. Eduardus Josephus van Wezenmael, oud zeven en veertig jaren, van beroep hoofd van de school, wonende te Clinge, zwager van den bruidegom
2. Augustinus Charles Kalle, oud acht en twintig jaren, van beroep beambte der posterijen, wonende te Haarlem, zwager van den bruidegom,
3. Petrus Cornelis Marie van Mansveld, oud zeven en dertig jaren, van beroep winkelier, wonende alhier, broeder van de bruid,
4. Hugo Huijgens, oud vijf en dertig jaren, van beroep rijksklerk wonende te Tilburg, zwager van de bruid
verschenen ten eenre Joannes Baptista Verstraeten, oud dertig jaren, geboren te Clinge, van beroep aannemer wonende te Alkmaar, meerderjarige zoon van Mathildus Augustinus Verstraeten, aannemer en van Victoria Melsen, zonder beroep, beiden wonende te Kieldrecht, België
en ter andere zijde Maria Augustina Rosalia van Mansveld, oud negen en twintig jaren, geboren alhier , van beroep zonder, wonende alhier, meerderjarige dochter van Petrus Cornelis Theodorus van Mansveld, oud zes en zestig jaren, grutter en van Cornelia Gerardina Vergroesen, oud twee en zestig jaren, zonder beroep, beiden woonende te Bergen op Zoom
welke comparanten ons verzocht hebben tot het voltrekken van hun voorgenomen huwelijk over te gaan, hebbende de afkondigingen plaats gehad alhier, de eerste zondag den veertienden mei dezes jaars , de tweede op zondag daaraanvolgende, den een en twintigsten mei jongstleden alsmede op dezelfde dagen te Alkmaar en tot welk einde zij verder aan ons hebben overgelegd, de stukken hierna genoemd, zijnde hunne geboorte extracten, het certificaat van dat comparants ongehoudenheid aan de wet, voor de Nationale Militie en de bewijzen dat de huwelijks afkondigingen alhier en te Alkmaar zonder stuiting zijn afgelopen.
De ouders der comparante hierbij in persoon tegenwoordig hebben verklaard in dit huwelijk toe te stemmen.
De aanslaande echtgenooten hebben ten overstaan van ons en in tegenwoordigheid der genoemde getuigen verklaard, dat zij elkander aannemen tot echtgenooten, en dat zij getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den huwelijken staat verbonden zijn.
Na welke verklaring wij in naam der wet hebben verklaard: dat zij door den echt aan elkander verbonden zijn.
Van al hetwelk wij dadelijk deze akte hebben opgemaakt en na voorlezing geteekend met de echtgenooten de ouders der echtgenoote en de vier getuiend.
Akte 58 |
Wal's Genealogie
