Tekst |
In het jaar Een duizend Acht honderd Drie en Vijftig, den tienden februari, kompareerde voor ons Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente BREDA, Provincie Noordbrabant, ten Gemeentehuis en in het openbaar Matthijs Overmeer, koopman, oud vijf en twintig jaren, geboren te Harlingen, thans wonende te Breda, benevens woonachtig geweest te Nijmegen, meerderjarige zoon van Wijbe Hijlkes Overmeer, en van Cristina Pol, kramers beiden wonende te Nijmegen ter eenre;
en Johanna Anthonetta Smits, zonder beroep, oud vier en twintig jaren, geboren en wonende te Rotterdam, meerderjarige dochter van Joannes Smits, brillenslijper, en van Anna Maria Sampimon, zonder beroep, beiden wonende te Rotterdam, alhier mede tegenwoordig en in dit huwelijk hunne toestemming gevende, ter andere zijde.
En hebben de komparanten aan ons overgelegd, vooreerst het geboorte-extract van den Bruidegom, ten tweeden, het geboorte-extract van de Bruid, ten derden, een certificaat afgegeven door den heer Staatsraad Commissaris des konings in de provincie Noord-Brabant, waaruit blijkt dat de Bruidegom aan zijne verplichting ten aanzien der Nationale Militie voldaan heeft, en ten vierden, een authentieke akte verleden voor den Notaris Rudolphus Arnoldus Hubertus Courbois en getuigen te Nijmegen, den een en dertigsten januari achttien honderd drie en vijftig, behoorlijk geregistreerd en gelegaliseerd, houdende toestemming tot dit huwelijk van de ouders van den Bruidegom.
Dewelke ons verzocht hebben, alsnu te willen overgaan tot het plegtig vieren van het door hun voorgenomen Huwelijk, waarvan de afkondigingen zijn gedaan voor den ingang van ons Gemeentehuis, te weten:
de eerste den drie en twintigsten en de laatste den dertigsten januari jongstleden om twaalf ure des middags, zomede op dezelfde dagen te Rotterdam en Nijmegen, blijkens de certificaten hierbij overgelegd.
En dewijl ons geene tegenkanting tegen hetzelve is bekend gemaakt, zoo is het dat wij, regt doende aan hun verlangen, hun in het openbaar hebben afgevraagd of zij elkander aannemen tot Echtgenooten, en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den Huwelijken staat verbonden zijn; hetwelk door hen bevestigend beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet verklaard, dat
Matthijs Overmeer en Johanna Anthonetta Smits door den Echt aan elkander zijn verbonden.
Waarvan door ons akte is opgemaakt, in tegenwoordigheid van Jan van Ingen, gepensioneerd militair, oud twee en vijftig jaren, Josephus Riems, koopman, oud vijftig jaren, Pieter Mol, kleermaker, oud twee en veertig jaren en Carel Frederik Ostheimer, stropdasmaker, oud een en veertig jaren, allen wonende te Breda, dewelke na gedane voorlezing, deze met ons, den Bruidegom en den vader der Bruid geteekend hebben; verklarende de Bruid, zomede hare moeder uit hoofde van ongeleerdheid, niet te kunnen schrijven of teekenen.
Akte 15 |