Tekst |
In het jaar Een duizend acht honderd zeven en zestig, den twaalfden dag der maand mei zijn voor ons ondergeteekende, Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Sneek, Provincie Friesland, gecompareerd:
Pieter Postma, oud zeven en twintig jaren, van beroep schipper, geboren te Lemmer wonende aldaar, meerderjarige zoon van Hendrik Sietzes Postma, brugwachter, en van Akke Jacobus van Kempen, zonder beroep, beide wonende te Lemmer en
Grietje Molenaar, oud acht en twintig jaren, zonder beroep, geboren te Oldouwer, wonende te Sneek, meerderjarige dochter van Rommert Nolkes Molenaar, timmermansknecht, wonende te Sneek en van Arendja Jans de Vries, overleden.
Welke ons verzocht hebben het door hen voorgenomen huwelijk te voltrekken, waarvan de afkondigingen op zondagen den acht en twintigsten der vorige en vijfden van deze maand in deze en in de gemeente Lemsterland zonder stuiting hebben plaats gehad.
En hebben de Comparanten tot dat einde aan ons overgelegd:
Hunne geboorte acten, de dood acte van de moeder van de comparante en een certificaat van den onverhinderde afloop der huwelijksafkondigingen in de gemeente Lemsterland.
De in leven zijnde ouders, hier tegenwoordig, hebben ons verklaard tot dit huwelijk hunne toestemmng te geven.
Waarna wij hun in het openbaar hebben afgevraagd, of zij elkander wederkeerig tot echtgenooten aannemen en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn; - hierop door ieder afzonderlijk een toestemmend antwoord zijnde gegeven, hebben wij in naam der wet verklaard dat Pieter Postma en Grietje Molenaar bovengenoemd door den echt aan elkander zijn verbonden.
Van hetwelk wij deze acte hebben opgemaakt in tegenwoordigheid van Engelbertus Piebenga, oud vier en zestig jaren en Bernardus de Jongh, oud vier en vijftig jaren, beide stadsbode, Jacob Hofstra oud een en zestig jaren en Hendrik Gros oud vier en vijftig jaren, beide agenten van politie van de eerste klasse, allen wonende te Sneek, welke deze benevens ons en de comparanten na gedane voorlezing hebben geteekend.
Akte 19 |