Tekst |
In het jaar een duizend achthonderd een en twintig op den een en dertigsten dag der maand januarij, des avonds ten zes ure, is voor ons Coenraad van Eijk, Schout, Ambtenaar van den Burgerlijken Staat der Gemeente van Voorschoten, Kanton Katwijk, District 's Gravenhage, Provincie Zuit Holland, gecompareerd
Cornelis Berg, oud een en veertig jaren, bouwman, wonende in de Gemeente van Voorschoten in het huis numero negen en veertig. Welke ons een kind van het vrouwelijk geslacht heeft voorgesteld op den dertigsten dag der maand januarij van den jare een duizend acht honderd een en twintig des namiddags ten twee ure, geboren in het Huis numero negen en veertig, uit hem declarant en deszelfs huisvrouw Dirkje van Rijt, aan hetwelk hij verklaard heeft de voornaam van Cornelia te willen geven.
De gemelde verklaring en voorstelling is geschied in tegenwoordigheid van Willem Kranenberg, oud vier en veertig jaren, tuinman, en Gijsbertus van Beurden, oud acht en dertig jaren, wagenmaker, beide geburen van den declarant en wonende in de Gemeente van Voorschoten.
Welke deze acte van Geboorte, nadat hun dezelve was voorgelezeg, nevens hjebben onderteekend.
Akte 8 |