Tekst |
Heden den achtsten november achttien honderd vijf en negentig, zijn voor mij Ambtenaar van den Burgerlijken Stand der Gemeente Oegstgeest, Provincie Zuid-Holland, Arrondissement 's-Gravenhage, in het Gemeentehuis verschenen: ten einde een Huwelijk aan te gaan:
Hendricus van Bourgondiën oud vier en dertig jaren, van beroep landbouwer geboren te Rijnsburg en wonende te Rijnsburg, meerderjarige zoon van Jan van Bourgondiën, van beroep landbouwer, wonende te Rijnsburg en van Cornelia van Roon, overleden.
en Catharina Juffermans oud vier en twintig jaren, zonder beroep geboren te Oegstgeest en wonende te Oegstgeest, meerderjarige dochter van Kasper Juffermans, overleden en van Anna Berbee, van beroep veehoudster, wonende te Oegstgeest.
Geen verhindering tegen het gemelde huwelijk ter onzer kennis gebracht zijnde, waarvan de afkondigingen voor de deur van het gemeentehuis alhier zijn geschied, namelijk: de eerste op Zondag den zeven en twintigsten october en de tweede op Zondag den derden november beiden van het jaar achttien honderd vijf en negentig, hebben de Comparanten aan ons overgelegd:
Vooreerst het bewijs van voldoening aan de Nationale Militie, ten tweede beider extracten uit de acten van geboorten, ten derde het extract uit de acte van overlijden van den vader der bruid, en ten vierde het bewijs dat de beide huwelijksafkondigingen op zondagen den zeven en twintigsten october en den derden november jongstleden te Rijnsburg hebben plaats gehad en zonder stuiting zijn afgelopen.
De moeder van de bruid alhier tegenwoordig, heeft verklaard hare toestemming te verlenen tot het aangaan van dit huwelijk.
En de Comparanten in het openbaar afgevraagd hebbende of zij elkander aannemen tot echtgenoot en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den Huwelijken Staat verbonden zijn, hetwelk door hen toestemmend beantwoord zijnde, heb ik in naam der Wet uitspraak gedaan dat zij door den echt aan elkander zijn verbonden.
Waarvan ik deze akte heb opgemaakt in tegenwoordigheid van Pieter van Bourgondiën, oud vijf en twintig jaren, van beroep landbouwer, wonende te Rijnsburg, broeder van den bruidegom,
Jan van Bourgondiën, oud negen en twintig jaren, van beroep landbouwer, wonende te Rijnsburg, broeder van den bruidegom.
Theodorus Juffermans, oud acht en vijftig jaar, van beroep landbouwer wonende te Oegstgeest, half broeder van de bruid.
Hendricus Casparus Juffermans, oud zes en twintig jaren, van beroep landbouwer, wonende te Oegstgeest, broeder van de bruid.
En is na gedane voorlezing door de beide Comparanten, de moeder der bruid en de vier getuigen met mij onderteekend.
Akte 24
|